Goed nieuws: meer gelten halen de derde cyclus!
Publicatiedatum: 19-03-2024PIC heeft een nieuw kenmerk opgenomen in de fokkerij: reproductiesucces. Dat leidt tot een maximaal aantal gelten dat de derde cyclus zonder vruchtbaarheidsproblemen behaalt. Zeugenhouders merken dat daardoor de vroege afvoer van zeugen daalt, minder opfokgelten nodig zijn en uiteindelijk resultaten verder verbeteren.
Zeugen die te vroeg het bedrijf moeten verlaten zijn een grote kostenpost voor varkensbedrijven. Een gelt kost immers al gauw € 400 tot aan de eerste dekking. Het is daarom belangrijk dat een zeug probleemloos tot minimaal de derde worp op het bedrijf blijft; dan gaat de investering pas geld opbrengen. Bovendien drukken vruchtbaarheidsproblemen altijd op de technische resultaten van de zeug en daarmee het bedrijfsresultaat.
De afvoerredenen van zeugen zijn divers. Een deel is gedwongen (bijvoorbeeld vanwege het beenwerk, de uierkwaliteit of vruchtbaarheidsproblemen); een ander deel vrijwillig (selectie na te lage productie). Veel uitval van jonge zeugen met vruchtbaarheid als oorzaak vindt na de eerste en tweede worp plaats. Ze worden niet berig, niet drachtig, ze verwerpen en/of komen om een onbekende reden terug. De kans dat zeugen die de derde worp hebben bereikt alsnog om vruchtbaarheidsredenen worden afgevoerd, neemt juist af.
Daarom heeft PIC de afgelopen jaren geïnvesteerd in een nieuw fokkerijkenmerk: reproductiesucces. De verwachting was altijd dat door fokkerij op productieverhoging ook de vruchtbaarheidskengetallen zouden verbeteren. Maar dat bleek niet het geval, aldus Saskia Bloemhof, geneticus bij PIC. “We hebben wel gevonden dat het kenmerk reproductiesucces een erfelijkheidsgraad heeft van 15%. Daarmee is die ongeveer vergelijkbaar met de erfelijkheidsgraad van het kenmerk worpgrootte.” Sinds het voorjaar van 2023 wordt het kenmerk in de indexen in de PIC-fokkerij meegenomen. Het leidt op de bedrijven tot een maximaal aantal gelten dat de derde cyclus inseminatie behaalt zonder vruchtbaarheidsproblemen.
Schaduwbedrijven
Het fokken op gelten met minder vruchtbaarheidsproblemen is dus mogelijk. Het is echter lastig om de selectie alleen op de (top)fokbedrijven te doen. Daar zijn de omstandigheden ideaal zodat een aantal kenmerken rondom afvoer en uitval niet goed naar voren komen.
Om toch betrouwbare data te verzamelen werkt PIC met zogenoemde schaduwbedrijven Daar worden zussen van de topfokdieren onder praktijkomstandigheden getest. Wereldwijd zijn aan elk topfokbedrijf één of meerdere van deze locaties gekoppeld, ook in Nederland. PIC noemt dat GNX-crossbred bedrijven.
Door voldoende verwanten mee te nemen draagt dit bij een betrouwbare genetische index voor het nieuwe kenmerk. “We verzamelen al ruim vijf jaar data van zeugen met minimaal drie worpen. In totaal krijgen we via dit programma jaarlijkse van 100.000 zeugen gegevens binnen.” Bloemhof noemt deze aanpak uniek in de wereld van de varkensfokkerij.
Minder opfokgelten
Dankzij het opnemen van het nieuwe kengetal in de index gaan zeugenhouders merken dat gemiddeld minder jonge zeugen vanwege vruchtbaarheidsproblemen het bedrijf verlaten. “We gaan meer zeugen naar de derde pariteit brengen”, vat Bloemhof het samen. Dat is niet alleen positief voor de technische resultaten maar zeugenhouders kunnen het aantal opfokgelten reduceren. Dat de uitval van Camborough next generation zeugen per cyclus al lager is dan het landelijk gemiddelde is te zien in de cijfers (zie grafiek). De verwachting is dat het verschil de komende jaren verder toeneemt. Dat gebeurde eerder bij andere kenmerken waarop PIC in de fokkerij focus heeft gelegd. Ook voor het management op bedrijven is het een nuttig kengetal. Als zeugenhouders uitvalsredenen goed registeren kunnen ze met het managementsysteem analyses maken. Bloemhof verwacht een grote spreiding van de zeugen die na de eerste dekking zonder vruchtbaarheidsproblemen de derde worp behalen. “Het is sowieso goed als varkenshouders zich er meer bewust van zijn. Dat is al winst van het werken met het nieuwe kenmerk.” Op bedrijven waar te veel zeugen de derde worp niet halen, kunnen varkenshouders zoeken naar achterliggende oorzaken en maatregelen nemen.
De PIC-begeleiders helpen daar vanzelfsprekend graag bij.

Deense zeug anno 2025 produceert zwaardere big

“Een zeug moet gewoon goed op haar poten staan”
Zo’n tien jaar geleden begon het imago van de Deense zeug wat rafelige randjes te vertonen en anno 2025 lijken de opvattingen en vooroordelen niet geheel verdwenen. Toch is dit niet helemaal terecht want in de afgelopen jaren heeft onder meer PIC de genetische basis van de Deens zeug behoorlijk verbeterd. „Iedere extra geboren big moet een slachtvarken worden.”
Lees meer
De waarde van een indexpunt in de varkenshouderij

In de varkenshouderij is de genetische verbetering een cruciale factor voor winstgevendheid en productiviteit. Een genetische index is een belangrijk hulpmiddel dat varkenshouders helpt bij het nemen van beslissingen, omdat het een duidelijke maatstaf biedt voor het genetische potentieel van een dier. Dit artikel legt het concept en het belang van een index uit om de varkensproductie te optimaliseren.
Lees meer
Vrijloopkraamhokken – ervaringen uit Spanje!

Er zijn wetgevende initiatieven genomen om kraamboxen voor zeugen te verbieden en het debat over vrijloopkraamhokken blijft doorgaan, ook al zijn de bestaande regels nog niet aangepast. Varkenshouders moeten zich dus afvragen: Past mijn zeugenlijn in dit systeem? Ervaringen uit Spanje laten zien dat met de juiste managementstrategie en de juiste zeug, hoge prestaties zeker mogelijk zijn in deze huisvestingssystemen.
Lees meer